Veel ondernemers sluiten een arbeidsongeschiktheidsverzekering af voor het geval ze iets overkomt. Vaak denken deze mensen dat ze het goed geregeld hebben, maar in de praktijk blijkt het vaak lastiger om een uitkering te krijgen dan dat ze vooraf hadden ingeschat.
Mr. Ferda van Benthem van AK Advocaten heeft inmiddels aardig wat ervaring opgedaan met zaken waarin de ondernemer werd geconfronteerd met een afwijzing of stopzetting van zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering door de arbeidsongeschiktheidsverzekering. In sommige gevallen moest zelfs de rechter er aan te pas komen om er voor te zorgen dat de verzekeraar alsnog voorzag in een uitkering. Hieronder worden twee van haar zaken ter illustratie besproken.
In de eerste zaak ging het om een verzekeraar die vond dat de ondernemer niet langer arbeidsongeschikt was en de uitkering stopzette. Hij zou niet langer aan de voorwaarden voor arbeidsongeschiktheid volgens de polisvoorwaarden van de arbeidsongeschiktheidsverzekering voldoen. De man in kwestie was echter gewoon nog steeds arbeidsongeschikt, aangezien zijn medische situatie niet was veranderd.
De medisch adviseur van de verzekeraar dacht daar anders over.
Uiteindelijk is de situatie via de rechtbank door een onafhankelijke deskundige beoordeeld en naar aanleiding van dit deskundigenbericht is de bal weer gaan rollen.
In de tweede zaak ging het om een arbeidsongeschikte stukadoor die door de arbeidsongeschiktheidsverzekeraar min of meer aan zijn lot was overgelaten. Noodgedwongen paste de man zijn hele bedrijf aan: hij maakte een showroom en omdat hij zelf niet meer kon stuken hield hij zich bezig met het managen van zijn bedrijf. Door aanpassing van zijn bedrijf en taken bleef zijn bedrijf overeind. De man slaagde er ondanks zijn arbeidsongeschiktheid derhalve in om een redelijke inkomen te verwerven.
De verzekeraar keek in dit geval naar het inkomstenplaatje , constateerde dat er geen sprake was van (inkomens)schade en zette de uitkering van de arbeidsongeschiktheidsverzekering stop. In deze zaak gingen wij door tot aan het gerechtshof. De verzekeraar stelde zich op het standpunt dat de arbeidsongeschiktheidsverzekering een schadeverzekering was, terwijl het inkomen van de man bij aanvang van de verzekering en ook daarna nooit doorslaggevend was geweest. De verzekeraar koppelde volgens ons ten onrechte de arbeidsongeschiktheidsuitkering aan het inkomen van de man en niet aan zijn feitelijke arbeidsongeschiktheid.
De rechter stelde ons en onze cliënt in het gelijk. De arbeidsongeschiktheidsverzekering werd als een sommenverzekering gezien, wat betekent dat er ongeacht het inkomen een uitkering is verschuldigd bij arbeidsongeschiktheid. Dat in de polis van de arbeidsongeschiktheidsverzekering staat dat de uitkering strekt tot derving van inkomen, is volgens de rechter onvoldoende om te kunnen spreken van een schadeverzekering. Ook in deze zaak behaalde wij een succes voor onze cliënt.
Wat uit de bovengenoemde zaken blijkt, is dat de polis en de polisvoorwaarden van de arbeidsongeschiktheidsverzekering in de praktijk erg belangrijk zijn.
Komt het eenmaal zo ver dat er met de verzekeraar discussie ontstaat over mate van arbeidsongeschiktheid of de uitkering, dan is Ferda van Benthem met haar ervaring deskundig op dit gebied binnen letselschade.