24 jun 2025 Ondernemingsrecht Erik van Loon
Deze ochtend viel mij oog op een opvallend bericht over Jumbo Supermarkten. Niet vanwege een scherpe aanbieding of de bekende gele reclamecampagnes, maar vanwege een zakelijk besluit met grote impact. De supermarktketen zegt het contract op met haar grootste broodleverancier: Bake Five, een coöperatie van bakkers die al jaren dagelijks zorgt voor vers brood in de schappen van Jumbo. Vanaf 2026 neemt Bakkerij Goedhart het over, aldus het bericht.
Het klinkt als een puur commerciële keuze. Maar voor de juridische adviseur in de mkb-praktijk is dit een uitgelezen voorbeeld van een terugkerende vraag: mag dit zomaar?
Jumbo heeft de langlopende overeenkomst met Bake Five opgezegd. Volgens het Financieele Dagblad zou de samenwerking in 2026 eindigen. In de media wordt geen melding gemaakt van juridische conflicten of schending van afspraken. Toch is de opzegging voor Bake Five waarschijnlijk een grote klap: hun brood gaat uit duizenden Jumbo-winkels verdwijnen. De coöperatie verliest niet alleen omzet, maar mogelijk ook haar bestaansreden.
Juist dat soort afhankelijkheidsrelaties zijn juridisch spannend.
Een contract dat voor langere tijd loopt – zoals die tussen Jumbo en Bake Five – noemen juristen een duurovereenkomst. Denk aan leveringsovereenkomsten, franchisecontracten of distributieovereenkomsten. Dergelijke contracten kunnen (vaak) worden opgezegd, maar de manier waarop is bepalend voor de juridische geldigheid van die beëindiging.
De Hoge Raad heeft zich eind vorig jaar nog over zo’n kwestie gebogen. In vier arresten over Leen Bakker en haar franchisenemers (HR 29 november 2024, ECLI:NL:HR:2024:1709 e.a.) werd een belangrijk punt nog eens benadrukt: niet elke opzegging is automatisch rechtsgeldig, zelfs als die contractueel is toegestaan.
Tijdens de inhouse-cursus contractenrecht die vorige week op ons kantoor werd georganiseerd, werd uitgebreid stilgestaan bij dit arrest. Volgens de Hoge Raad moeten bedrijven bij de opzegging van een duurovereenkomst rekening houden met de redelijkheid en billijkheid.
Soms is een opzegtermijn niet genoeg.
Als de wederpartij sterk afhankelijk is van het contract (denk aan investeringen, omzet of bedrijfsvoering), kan een passende schadevergoeding bij opzegging vereist zijn.
Geen schadevergoeding aangeboden? Dan kan dat gevolgen hebben.
De opzegging blijft meestal rechtsgeldig, maar het ontbreken van een aanbod tot compensatie kan wél leiden tot een latere verplichting om alsnog te betalen.
In uitzonderlijke gevallen is de opzegging ongeldig.
Als de schade en afhankelijkheid van de leverancier zó groot zijn, en de opzeggende partij niets doet om dat op te vangen, kan de rechter de opzegging als ‘onaanvaardbaar’ bestempelen.
Ik heb geen inzage in het contract of de specifieke afspraken tussen partijen, dus ik kan geen uitspraak doen over de geldigheid van deze opzegging. Al had ik die inzage wel gehad, kun je denk ik wel voorstellen dat de laatst uitspraak van de Hoge Raad op dit onderwerp advisering erg lastig maakt. Op basis van die arrest is het wel mogelijk enkele juridische risico’s voor Jumbo te signaleren:
Als Bake Five grote, langlopende investeringen heeft gedaan op basis van het contract (denk aan productielijnen, personeel of distributie), dan kan dat leiden tot een aanspraak op schadevergoeding.
Heeft Jumbo wél een redelijke opzegtermijn in acht genomen, maar geen overgangsregeling of compensatie aangeboden, dan kan dit meewegen in een eventuele procedure over schade.
De keuze om over te stappen naar een industriële bakkerij lijkt bedrijfseconomisch verdedigbaar, maar kan niet los worden gezien van de machtsverhouding tussen partijen.
Er bestaat dus een serieuze kans dat dit besluit, zakelijk genomen met het oog op kostenbesparing, nog een juridisch staartje krijgt.
Of je nu afnemer bent of leverancier, dit arrest laat zien hoe belangrijk het is om bij het opzeggen van langlopende samenwerkingen niet alleen naar de letter van het contract te kijken, maar ook naar de belangen van de andere partij.
Juist familiebedrijven of langdurige samenwerkingen zijn vaak gebouwd op wederzijds vertrouwen. Maar als de ene partij het contract beëindigt zonder oog voor de gevolgen bij de ander, kan dat leiden tot juridische claims of reputatieschade.
Dat betekent niet dat je als ondernemer klem zit in elke langlopende relatie. Wél dat zorgvuldige voorbereiding en goed juridisch advies bij (i) het opstellen van de duurovereenkomst en (ii) de opzegging essentieel zijn. Niet alleen voor de juridische houdbaarheid, maar ook voor je positie in eventuele onderhandelingen of procedures.
Benieuwd of jouw samenwerkingen juridisch goed zijn afgedicht? Of wil je weten wat jouw rechten en plichten zijn bij opzegging van een overeenkomst? Onze sectie Ondernemingsrecht denkt graag met je mee. Neem gerust contact op met Erik van Loon of één van onze andere specialisten van de sectie Ondernemingsrecht.
Bij AK Advocaten staat Erik van Loon bekend als een strategisch denker die de grote lijnen uitzet voor zijn cliënten. Met een focus op familiebedrijven, begrijpt Erik de unieke dynamiek en cultuur die deze ondernemingen kenmerken.
Meer artikelen van Erik van Loon