Gezag

Degene die het gezag heeft, is de wettelijke vertegenwoordiger van het kind. De persoon die met het gezag is belast, neemt alle belangrijke beslissingen met betrekking tot het kind, waaronder beslissingen met betrekking tot de hoofdverblijfplaats van het kind, de schoolkeuze of een medische behandeling.

Wie kunnen het gezag uitoefenen?

Het gezag kan worden uitgeoefend door één persoon, we spreken in dat geval van eenhoofdig gezag, of door twee personen tezamen. In de regel wordt het gezag uitgeoefend door de beide ouders van het kind. Dit is ook het uitgangspunt in de wet. De ouders van het kind krijgen automatisch het gezamenlijk ouderlijk gezag als zij een huwelijk of geregistreerd partnerschap aangaan of zijn aangegaan. Indien er geen sprake is van een huwelijk of geregistreerd partnerschap, dan kunnen de ouders het gezamenlijk ouderlijk gezag laten aantekenen in het gezagsregister. De ouders kunnen dit gemakkelijk online regelen. Indien slechts een van de ouders het gezag uitoefent en hij/zij is niet bereid om mee te werken aan het laten aantekenen van het gezamenlijk ouderlijk gezag, dan kan de andere ouder de rechtbank verzoeken om hem/haar eveneens met het gezag te belasten. Een verzoek tot wijziging van het gezag kan alleen door tussenkomst van een advocaat bij de rechtbank worden ingediend. De familierechtadvocaten van AK Advocaten hebben daarmee ruime ervaring.

Wijziging gezamenlijk ouderlijk gezag

In de wet en in de rechtspraak is het uitgangspunt dat het gezamenlijk ouderlijk gezag van ouders doorloopt na echtscheiding, na ontbinding van het geregistreerd partnerschap en na het uiteengaan van samenwonende ouders. Slechts in geval van bijzondere omstandigheden kan de rechtbank op verzoek van de beide ouders of op verzoek van een van hen bepalen dat het gezag over het kind voortaan aan een ouder toekomt. De rechter kan het gezag wijzigen wanneer de communicatie tussen de ouders dusdanig slecht is dat dit een negatieve invloed heeft op de ontwikkeling van het kind en het kind daardoor ‘klem of verloren’ raakt tussen de ouders of indien wijziging van het gezag anderszins in het belang van het kind is. Daarbij kan bijvoorbeeld worden gedacht aan de situatie dat de verblijfplaats van een van de ouders al langere tijd onbekend is, waardoor overleg tussen ouders op geen enkele manier mogelijk is (met als gevolg dat het niet mogelijk is om samen belangrijke beslissingen over het kind te nemen) of indien een van de ouders geen invulling aan het ouderlijk gezag wil of kan geven (bijvoorbeeld in verband met een fysieke of geestelijke toestand of verslaving).

Einde gezag

Het gezag van een ouder eindigt na het overlijden van die ouder, na het overlijden van het kind, nadat de rechtbank die ouder het gezag heeft ontnomen in het kader van een kinderbeschermingsmaatregel of nadat de rechtbank het gezag aan één ouder heeft toegekend.

Gezag en overlijden

Indien de ouders samen het gezag uitoefenen en een van de ouders overlijdt, dan oefent de andere ouder automatisch het gezag alleen uit. Wanneer de beide ouders overlijden, dan beslist de rechter wie tot voogd over de minderjarige wordt benoemd. Indien de ouder die het gezag alleen uitoefent, overlijdt, dan bepaalt de rechter dat de overlevende ouder (die geen gezag had) of een derde met het gezag wordt belast. Om problemen met betrekking tot het gezag bij overlijden te voorkomen, is het raadzaam om een voogd aan te wijzen. U kunt een voogd aanwijzen in uw testament of door middel van een aantekening in het gezagsregister. Mocht u zowel in uw testament als in het gezagsregister een voogd hebben aangewezen, dan heeft de meest recente registratie gevolg op het moment dat u overlijdt. Wanneer de ouders allebei een ander als voogd hebben aangewezen in hun testament of in het gezagsregister, dan bepaalt de rechter wie tot voogd wordt benoemd. Indien er discussie of problemen ontstaan met betrekking tot het gezag of de voogdij over een kind, dan is deskundige ondersteuning noodzakelijk. De familierechtadvocaten van AK Advocaten kunnen uw belangen behartigen bij een procedure met betrekking tot het (wijzigen van het ) gezag of de voogdij.