15 jan 2025 Vastgoedrecht Judith Vermeeren
In een eerder blog werden de verschillen tussen de UAV en UAV-GC toegelicht. Daarbij werd ook de lancering van de UAV-GC 2025 aangekondigd. Inmiddels is het een feit: de UAV-GC 2025 zijn op 14 januari 2025 gelanceerd. In dit blog praat ik je bij over de wijzingen van de UAV-GC 2025 ten opzichte van de eerdere versie en geef ik een paar tips over toepassing van de juiste contractvorm- en voorwaarden bij aanneming van werk binnen en buiten aanbestedingsprocedures.
Nog even ter opheldering: UAV-GC staat voor Uniforme Administratieve Voorwaarden voor Geïntegreerde Contractvormen. Bij geïntegreerde contracten die gebruik maken van de UAV-GC 2025 neemt de opdrachtnemer zowel (een deel van) het ontwerp als de uitvoering op zich. Hierdoor kunnen diverse taken naar de opdrachtnemer verschuiven. De opdrachtgever formuleert uitgangspunten voor het ontwerp en het bouwproces, in een Programma van Eisen en eventueel een voorlopig ontwerp.
De nieuwe versie (2025) van de UAV-GC is aangepast voor wat betreft de regeling van risicoverdeling, aansprakelijkheid en samenwerking. De nieuwe versie speelt in op de behoefte aan duidelijkheid en flexibiliteit in een snel veranderende sector. Doel van de nieuwe UAV-GC is ook bij te dragen in het bereiken van succesvollere projecten, met een afgewogen risicoverdeling tussen opdrachtgever en opdrachtnemer, met meer oog voor innovatie.
Een handig overzicht van CROW met de belangrijkste wijzigingen van de UAV-GC 2025 en de daarbij behorende Model Basisovereenkomst (MBO) ten opzichte van de UAV-GC 2005 is te vinden via deze link. Hieronder een kort overzicht:
De bodemaspecten zijn onderdeel geworden van de algemene regeling over informatie van de opdrachtgever in paragraaf 3 en artikel 7 van de Model Basisovereenkomst (MBO).
De mogelijkheid bestaat nu om te starten met de uitvoering van een wijziging nog vóórdat volledige overeenstemming is bereikt, mits het vertrouwen bestaat dat de overeenstemming binnen afzienbare tijd wordt bereikt.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen aansprakelijkheid vóór en na oplevering met een opsomming van verschillende soorten schades en een gewijzigde hoogte van de maximale aansprakelijkheid.
Opdrachtnemers worden gestimuleerd in een vroeg stadium te communiceren over uitvindingen en het beschermen van rechten van beide partijen.
Naast arbitrage kunnen partijen kiezen voor andere methoden, zoals onder meer mediation en de Fast Track Bindend Advies procedures van de RvA. Deze keuze maken de Partijen in artikel 18 van de MBO.
In artikel 5 van het Model Basisovereenkomst (MBO) staan de keuzeclausules waarmee de partijen hun bijdrage aan het ontwerpproces kunnen vastleggen. In de nieuwe versie is het mogelijk om de bijdrage per onderdeel van de opdracht vast te leggen. Bijvoorbeeld wanneer de Vraagspecificatie is uitgewerkt tot het niveau van deels een programma van eisen, deels een voorlopig ontwerp en/of deels een definitief ontwerp.
Tijdens de Ontwerp- en Uitvoeringswerkzaamheden kunnen zich feiten voordoen die na de feitelijke datum van oplevering resulteren in een gebrek in het Werk en eventuele schade. Of de aansprakelijkheid van de opdrachtnemer dan kan worden gevestigd hangt onder andere af van de keuze die is gemaakt in artikel 13 van de MBO. (Professionele) partijen kunnen kiezen tussen een optie in lijn met de regeling zoals deze was opgenomen in § 28 UAV-GC 2005 (tevens in afwijking van lid 4 van artikel 7:758 BW) of kiezen voor de optie die in die zin niet afwijkt van het huidige BW. De reden van deze aanpassing is de Wet kwaliteitsborging (Wkb) die op 1 januari 2024 in werking is getreden.
Als er een verschil is tussen de interpretatie van de opdrachtnemer ten opzichte van de feitelijke situatie kan dat discussie opleveren. Bijvoorbeeld rondom bodemaspecten. Paragraaf 13 Bodemaspecten uit de UAV-GC 2005 is vervallen. De bodemaspecten zijn onderdeel geworden van de algemene bepalingen met betrekking tot informatie van de Opdrachtgever. Dit is onderdeel van artikel 7 van de MBO en paragraaf 3 van de UAV-GC 2025. In de afstemmingsverplichting van § 4 lid 4 staat dat de opdrachtnemer moet afstemmen op de bestaande toestand. Het kan zo zijn dat de opdrachtnemer daarbij niet kan voortbouwen op informatie van de opdrachtgever, bijvoorbeeld omdat deze informatie ontbreekt. De opdrachtnemer moet dan zelf een inschatting maken van de bestaande toestand. Als dan de werkelijke toestand afwijkt van de toestand die de opdrachtnemer verwacht aan te treffen is in beginsel de opdrachtnemer verantwoordelijk. Als echter de opdrachtnemer kan aantonen dat de toestand, zoals hij die verwacht aan te treffen, dezelfde is als die een zorgvuldig opdrachtnemer redelijkerwijs had mogen verwachten, dan verschuift de verantwoordelijkheid naar de opdrachtgever.
Hoe en wanneer de Overeenkomst tot stand komt tussen de partijen duiden partijen in artikel 19 van de MBO: of met de verzending van de ondertekende schriftelijke mededeling van opdrachtverlening door de opdrachtgever of met de schriftelijke ondertekening van de ingevulde MBO door beide partijen.
Voor nieuw te sluiten aannemingsovereenkomsten, waarbij de opdrachtnemer zowel (een deel van) het ontwerp als de uitvoering voor zijn rekening neemt, wordt in algemene zin aangeraden de UAV-GC 2025 toe te passen.
Let wel: de UAV-GC 2025 zijn uit oogpunt van opdrachtgever minder geschikt voor projecten waarbij het wenselijk is dat de opdrachtnemer vanaf het begin betrokken is, de opdrachtnemer zowel het (volledige) ontwerp als de realisatie voor zijn rekening neemt én daar ook alle verantwoordelijkheid voor draagt. In die situaties is een turnkey aannemingsovereenkomst met al dan niet daaraan voorafgaand een bouwteamovereenkomst mogelijk passender. Anders dan via de UAV-GC 2025 wordt daarmee namelijk wel geborgd dat de volledige ontwerp- en uitvoeringsverantwoordelijkheid (en dus ook aansprakelijkheid) door de opdrachtnemer wordt overgenomen. Dit is dus ook een belangrijk aandachtspunt voor opdrachtnemers in de onderhandeling over de inhoud van de door opdrachtnemer voorgelegde aannemingsovereenkomst.
In aanbestedingsprocedures is de aanbestedende dienst verplicht gebruik te maken van paritaire voorwaarden, zoals de UAV-GC. Op grond van de Gids Proportionaliteit mag de aanbestedende dienst van dergelijke paritaire voorwaarden alleen afwijken als zij in de aanbestedingsstukken deugdelijk motiveert waarom de afwijking in het specifieke geval noodzakelijk is. In de aanbestedingsstukken wordt vaak afgeweken van de paritaire voorwaarden zoals de UAV-GC, in de regel ten nadele van de opdrachtnemer, maar een deugdelijke motivering ontbreekt nogal eens. Als een dergelijke afwijkende bepaling disproportioneel is, moet de inschrijvende opdrachtnemer snel – vóór inschrijving – handelen. Dit kan door in een separate brief aan de aanbestedende dienst het recht voor te behouden om over disproportionele bepaling te klagen.
Heb je vragen over de toepassing van de UAV of UAV-GC wanneer je inschrijft op een aanbesteding, een aannemingsovereenkomst gaat sluiten, bij problemen tijdens de uitvoering van het werk of na oplevering? Neem contact op met mij of mijn collega’s van de sectie Vastgoedrecht.
Judith maakt sinds 2007 deel uit van de sectie Vastgoed- en omgevingsrecht van AK Advocaten. Judith heeft zich gespecialiseerd in het huurrecht, appartementsrecht, bouwrecht en aanbestedingsrecht.
Meer artikelen van Judith Vermeeren