Publicaties
Vastgoedrecht
Wet normering buitengerechtelijke incassokosten
Op 12 juli 2012 treedt de “Wet normering buitengerechtelijke incassokosten” in werking. De wet biedt een grondslag om bij AMvB (in de vorm van een staffel) nadere regels te stellen voor vergoeding van incassokosten. Doel is bescherming van consumenten en eenmanszaken tegen onredelijk hoge incassokosten. Ten aanzien van overeenkomsten met natuurlijke personen is de wet dan ook dwingendrechtelijk van aard. In de handelspraktijk kunnen partijen wel afwijkende afspraken maken. Geen afwijkende afspraak betekent toepasselijkheid van de regeling!
De wet is enkel van toepassing op vorderingen uit overeenkomst en bepaalt daarvoor een minimum- en maximumtarief voor incassokosten. Voor iedere factuur die te laat wordt voldaan, mogen incassokosten in rekening worden gebracht, mits een aanmaning is verstuurd. De op de wet gebaseerde staffel gaat in 14 dagen na de verzenddatum van de eerste betalingsherinnering en berekent de vergoeding als percentage van het bedrag dat de schuldenaar aan de schuldeiser is verschuldigd, waarbij het bedrag procentueel lager wordt naarmate de vordering hoger is. De staffel kent per openstaande factuur een minimumbedrag aan incassokosten van € 40,00 ongeacht de hoogte van de vordering en een maximumbedrag van € 6.775,00 voor vorderingen van € 1.000.000,00 of meer. Indien de aanmaning meer dan één vordering betreft, worden de hoofdsommen van deze vordering met betrekking tot de incassokosten opgeteld.
Van belang is verder dat het voor de rechter niet langer is toegestaan de incassokosten zoals op grond van de nieuwe wet in rekening gebracht te matigen.
Nieuwe staffel incassokosten:
Hoofdsom Incassokosten
over de eerste € 2.500,00 15% (min. € 40,00)
over de volgende € 2.500,00 10%
over de volgende € 5.000,00 5%
over de volgende € 190.000,00 1%
over het meerdere 0,5% (max. € 6.775,00)
Vastgoedrecht