Slachtoffers van een geweldsmisdrijf zoals een mishandeling of een roofoverval, kunnen lastig hun schade verhalen. Vaak is het zo dat de dader “een kale kip” is waar je financieel geen verhaal kunt halen. Daarbij komt dat veel slachtoffers van een geweldsmisdrijf het moeilijk vinden om de confrontatie met de dader aan te gaan. Er is sprake van angst. Daarom is het Schadefonds Geweldsmisdrijven een mooie uitkomst. Het Schadefonds Geweldsmisdrijven kan in veel gevallen een uitkering geven aan slachtoffers van een geweldsmisdrijf waarbij letsel is opgelopen. Dit kan gaan om lichamelijk letsel maar ook bij psychisch leed is een schadevergoeding van het Schadefonds Geweldsmisdrijven mogelijk.
Schadefonds Geweldsmisdrijven
Het Schadefonds hanteert een eenvoudig aanvraagformulier wat te vinden is op
hun website. Nadat de aanvraag is ingediend gaat het Schadefonds beoordelen in welke categorie het letsel valt. Hoe ernstiger het letsel hoe hoger de vergoeding. Het slachtoffer dient er rekening mee te houden dat nooit het volledige bedrag aan schade wordt vergoed. Er wordt een vast bedrag aan ieder slachtoffer uitgekeerd afhankelijk van het letsel. Er wordt dus niet gekeken naar de daadwerkelijk geleden schade.
Meer mogelijkheden om te vorderen
Vanaf 1 juli 2016 zijn er twee verbeteringen opgenomen in de wetgeving. Dit biedt slachtoffers een ruimere mogelijkheid om een vordering bij het Schadefonds Geweldsmisdrijven in te dienen:
- Allereerst is de termijn van indiening opgerekt. Voorheen diende de aanvraag binnen 3 jaar na het geweldsmisdrijf te worden ingediend. Deze termijn is nu 10 jaar na het geweldsmisdrijf geworden. Dit biedt slachtoffers dus veel meer tijd!
- Daarbij komt dat ook nabestaanden van een slachtoffer van dood door schuld een vergoeding kunnen aanvragen bij het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Ook dit is dus een verruiming van de mogelijkheden van slachtoffers.
Heeft u vragen over de mogelijkheden van het verhalen van schade na een geweldsmisdrijf? Neemt u dan gerust
contact met mij op. Ik sta u graag te woord.
Fotocredits: Fotolia / Mr Korn Flakes