Uitspraak Gerechtshof slecht voor economie

16 dec 2013 Ondernemingsrecht AK Advocaten

N.b. Dit artikel is meer dan een jaar geleden voor het laatst gewijzigd. De informatie kan verouderd zijn.
Het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden heeft op 8 januari 2013 beslist, dat als in strijd wordt gehandeld met zo’n verpandingsverbod, dit goederenrechtelijke werking heeft en de verpanding geacht wordt nooit te hebben plaatsgevonden. Gaat de opdrachtnemer die een vordering in strijd met een verpandingsverbod heeft verpand failliet, dan komt die vordering dus niet aan de bank toe. Die vordering valt (ondanks de verpanding) in de boedel.

Verpandingsverbod

Soms staat in algemene voorwaarden van opdrachtgevers een verbod tot verpanding van vorderingen. De opdrachtnemer zal de vordering, die die opdrachtnemer voor het verrichte werk op de opdrachtgever krijgt, dan niet mogen verpanden aan een derde. Omdat bij derden met een belang bij zo’n debiteurenverpanding bij uitstek moet worden gedacht aan de bank van de opdrachtnemer, is in feite sprake van een verbod om de vordering aan de bank te verpanden.

Oordeel Gerechtshof juist?

Of het Gerechtshof het bij het rechte eind heeft, moet nog worden bezien. Weliswaar heeft de Rechtbank Rotterdam op 6 november 2013 op dezelfde wijze geoordeeld, maar het uiteindelijke woord is aan de Hoge Raad. Persoonlijk hoop ik, dat de uitspraak van het Hof wordt vernietigd. Ten eerste zet ik grote vraagtekens bij de goederenrechtelijke werking. Als je in strijd handelt met een verbodsbepaling (je verpandt ondanks dat het je verboden is) dan overtreed je een contractuele afspraak. Maar dat wil toch nog niet zeggen, dat daarmee de verpanding niet heeft plaatsgevonden? Als ik een overtreding pleeg in het verkeer kan ik toch ook moeilijk tegen de verbaliserende agent zeggen, dat ik een verbodsbepaling heb overtreden, maar dat geacht wordt dat een en ander nooit heeft plaatsgevonden…

Slecht voor economie

Belangrijker echter acht ik het feit, dat deze rechterlijke uitspraak slecht voor de economie is. Als de uitspraken van het Hof en de rechtbank in stand blijven, dan zal dat onherroepelijk leiden tot een verlaging van de dekkingsgraad die banken geven op debiteurenportefeuilles. Immers, een bank zal er rekening mee moeten houden dat sommige opdrachtgevers een verpandingsverbod hebben opgenomen. Die vorderingen kunnen dan niet rechtsgeldig aan de bank worden verpand, zodat een bank genegen zal zijn weer minder krediet aan een ondernemer te verstrekken. Op deze wijze boeren wij -in een tijd waarin banken nog steeds niet staan te popelen om kredieten te verstrekken- alleen nog maar verder achteruit. Het woord is aan de Hoge Raad!

Over de blogger
AK Advocaten

AK Advocaten is één van de grotere advocatenkantoren in West-Brabant. Een sterk kantoor wordt gedragen door een team van sterke individuen.

Meer artikelen van AK Advocaten

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.